Jaarstukken 2019

Paragrafen

G. Grondbeleid

Het ruimtelijke beleid van de gemeente richt zich onder andere op het herinrichten van de openbare ruimte naar een meer klimaatbestendige duurzame leefomgeving voortvloeiend uit de herontwikkeling en/of herstructurering van bestaande gebieden.
Het streven is om in 2050 een klimaatbestendige en water robuuste gemeente te zijn, waarin natuur en recreatie op een veilige manier gecombineerd zijn en waarin het openbaar groen een belangrijk component is om de gevolgen van klimaatverandering op te vangen.

Bij actief grondbeleid heeft of verwerft de gemeente de eigendom van de grond en voert de grondexploitatie zelf uit. De gemeente kan kiezen voor actief grond verwerven. Actief grondbeleid wordt in de regel pas gevoerd als gewenste ontwikkelingen niet door de markt worden opgepakt.

Bij faciliterend grondbeleid is de grond in het bezit van een private partij. De rol van de gemeente kan dan beperkt zijn tot het al dan niet meewerken aan een bestemmingswijziging en het aanleggen van de openbare voorzieningen. De gemeente kan ook kiezen voor samenwerking met een marktpartij. Als gekozen wordt voor samenwerking treedt de gemeente zowel actief als faciliterend op.
Voor gewenste ontwikkelingen die op grond van derden plaatsvinden stelt de gemeente zich faciliterend op. Voor deze samenwerking kunnen onder meer anterieure overeenkomsten worden afgesloten vanwege kostenverhaal voor de herinrichting van de openbare ruimte.
Uitgangspunt voor zowel faciliterend als actief grondbeleid is dat de grondexploitaties minimaal kostendekkend zijn. In beginsel worden alle met de ontwikkeling gemoeide kosten op de ontwikkelende partij verhaalt, dan wel in de grondprijs verdisconteerd.
Bij een geprognosticeerd verlies op een grondexploitatie dient direct een voorziening te worden getroffen ter grootte van dit volledige verlies conform het Besluit begroting en verantwoording (BBV).

In juli dit jaar is er een vernieuwde notitie Grondbeleid in begroting en jaarstukken verschenen van de Commissie Besluit begroting en verantwoording (BBV). Hierin zijn onder andere specifieke verantwoordingsregels weergegeven voor grondexploitaties. Deze notitie Grondbeleid in begroting en jaarstukken geldt met ingang van begrotingsjaar 2019.
In de vernieuwde notitie Grondbeleid van de Commissie BBV is onder meer aangegeven dat tussentijdse winstnemingen aan de hand van het realisatiebeginsel verplicht is. Als eenduidige systematiek is daartoe de Percentage of completion (POC) methode voorgeschreven. Volgens het realisatiebeginsel dient in de situatie dat voldoende zekerheid is over de winst, de winst te worden genomen. Hierbij dient de POC methode te worden gevolgd. Met ingang van 2019 is bij de herzieningen voor het eerst deze methode toegepast.
De grondexploitaties vallen onder de Vennootschapsbelastingplicht, hiervoor worden fiscaal grondexploitatie-overzichten opgesteld voor aangifte. Het resultaat van de in deze paragraaf verwachte toekomstige resultaten zijn exclusief Vennootschapsbelasting.